Tilburg

LEZING PLANTENVEREDELING – WAAR KOMEN NIEUWE TUINPLANTEN VANDAAN?

dinsdag 11 november

Voor de eerste keer organiseerde Groei & Bloei Tilburg een lezing in wijkcentrum Heyhoef in de Reeshof, en dat is goed bevallen! Wie weet komen we daar vaker terug; goede service, prettige ruimte én gratis parkeren. Ir. Margareth Hop veredelt nieuwe rassen van bomen, heesters en vaste planten. Daarnaast runt ze Adviesbureau Actifolia voor functioneel stadsgroen. In zowat twee uur vertelde ze met veel enthousiasme én vakkennis over haar werk en kregen we alle gelegenheid om onze vragen op haar af te vuren.
Wat is plantveredeling? Het ontwikkelen van nieuwe plantenrassen, die zo goed mogelijk aan de eisen van de mens voldoen.
Nederland is groot in veredeling van aardappelen, groenten en sierteelt. Er zijn ca. 350 veredelingsbedrijven, er werken 12.000 werknemers en de omzet is ongeveer €3,3 miljard per jaar. 30% van de nieuwe rassen in Europa komt uit Nederland!
Als je een plantenetiket bekijkt - bijvoorbeeld Malus ‘Red Sentinel’ - dan kun je hieruit het volgende aflezen: Malus is de Latijnse naam voor appel; de soort zoals die in het wild kan groeien. ‘Red Sentinel’ is de cultivarnaam. Margareth legde ons uit wat er komt kijken bij het kruisen van bijvoorbeeld een nieuwe compacte doornloze buitenroos, die geen lange uitlopers maakt, mooie bloemen geeft en niet ziekte- of vorstgevoelig is.
Als uitgangsmateriaal kiest ze planten met goede eigenschappen. Vind je niet alle gewenste eigenschappen op éen plant, dan ga je kruisen. De zaailingen worden uitgeplant en door de jaren heen grondig geselecteerd. Véél weggooien (tot wel 90% per jaar) is tijdens dit traject normaal.
Dit proces duurt bij vaste planten 5-6 jaar, heesters 7-12 (soms 15 jaar) en bomen 20-25 jaar. Uiteindelijk hoopt de kweker een licentie (kwekersrecht) te verkrijgen. Klanten betalen vervolgens een royalty per verkochte plant aan de veredelaar.

Er zijn diverse technieken om nieuwe planten te maken:

  • Selectie van uit in hetwild verzameld zaad bv. Pieris japonica ‘Debutante’
  • Zaailingen, selectie op sierwaarde bv. Hydrangea arborescens ‘Annabelle’ (hortensia)
  • Spontane mutatie bv. Salix ‘Hakuro-Nishiki’ (bontbladige wilgje.
  • Zeer veel Hosta’s na weefselkweek ofwel in-vitro vermeerdering.
  • Buddleja davidii ‘Pink Delight’; de welbekende paarsbloeiende vlinderstruik is uit kruising tussen vlinderstruiken ontstaan.
  • Geslachtskruising (Cupressus × Chamaeciparis) wordt Cupressocyparis leylandii, Ook wel bastaardcypres genoemd; de bekende haagconifeer.
  • Genetische modificatie (het DNA van planten veranderen in een laboratorium) dat wordt in Europa niet commercieel toegepast, omdat de regels ervoor zo streng zijn. Wat wel veel gebruikt wordt, is in-vitro vermeerdering. Dat is een vorm van stekken onder steriele omstandigheden. Daarbij verandert er niets aan het DNA, het is alleen een snelle vermeerderingsmethode, veel gebruikt bij vaste planten.

Nog wat interessante weetjes:

  • Compacte planten zijn erg in trek vanwege kleinere tuinen, in pot op balkons én er kunnen meer potten op een Deense kar naar de veiling.
  • Er wordt momenteel onderzoek gedaan naar de voedingswaarde van gecultiveerde planten voor insecten. Margareth vertelt ons dat gecultiveerde planten soms iets minder, maar nog steeds wél goed zijn voor de biodiversiteit dan inheemse soorten.

Ter afsluiting en verdere verdieping adviseert Margareth Hop de volgende websites:
https://dendroflora.nl/ en https://www.kvbc.nl/keuringen/excellence-roses/ en de link naar het Vlaamse onderzoek over de voedingswaarde van planten voor insecten: https://pureportal.ilvo.be/nl/projects/sier-sierplanten-met-functionele-meerwaarde-voor-voeding-en-ecosy/
Na een stevig applaus van alle aanwezigen vertrokken we met veel nieuwe informatie huiswaarts. Een boeiende avond met een gouden… ofwel groen randje! Arianne Verhoeven

LEZING ‘HET VERBORGEN LEVEN VAN WILDE PLANTEN’ DOOR JOS KETELAAR

dinsdag 21 oktober

Er was veel belangstelling voor deze lezing in Wijkcentrum Jeruzalem, 41 belangstellenden hadden zich aangemeld. We mochten drie nieuwe leden verwelkomen en ook 3 niet-leden.
De lezing begon met een mooie foto-film van de natuur rond het Naardermeer. Dat Jos een passie heeft voor fotografie was heel duidelijk. Hij liet een groot aantal prachtige foto’s zien van bloemen en planten in de vrije natuur, waaronder ook verschillende macro-opnames. Hij vertelde enthousiast over de plekken waar de planten te vinden zijn. Voor zijn foto’s reist hij het hele land door en ook ver daarbuiten. Door zijn contacten komt hij ook op plekken die niet toegankelijk zijn voor het publiek, dus het was heel mooi dat wij daar ook een inkijkje van kregen.
Aan de hand van zijn macro-opnames en het verhaal dat Jos erbij vertelde, kregen we een mooi beeld van de opbouw van verschillende soorten bloemen, hun groei- en bloeiwijze en de manier waarop planten zorgen voor bestuiving via de wind of insecten. We weten nu meer over het hoefblad, het speenkruid, de verschillende soorten heide, boterbloemen, lenteklokjes en kievitsbloemen. We hebben ze zelfs via de foto’s van heel dichtbij kunnen bekijken.
Ter afsluiting liet Jos nog een prachtige foto-film zien van de Oisterwijkse vennen en bossen.
Als tuinliefhebbers zullen we in het vervolg met andere ogen kijken naar de bloemen die in onze eigen tuin staan of die we tegenkomen bij een wandeling in de vrije natuur. Thérèse Spaeridans

RONDLEIDING OVER LANDGOED BAEST

zaterdag 27 september

Twee dagen na de aankondiging van deze rondleiding was de groep van 25 al volgeboekt! Heel prettig voor de programmacommissie, wat minder leuk voor degenen die zich daarna meldden. Om alsnog een indruk te krijgen raad ik je aan om het tv-programma 'Binnenste Buiten' terug te kijken:
https://binnenstebuiten.kro-ncrv.nl/buitenleven/video/tuinbaas-vincent-is-verknocht-aan-zijn-werkgebied-landgoed-baest-in-oostelbeers
Ook op de website van het landgoed vind je interessante informatie en filmpjes! https://www.landgoedbaest.nl/
Tuinbaas Vincent Ketelaars van Landgoed Baest vertelde op deze zonnige zaterdag 27 september vol passie over de historie, maar vooral over al wat er groeit en bloeit op dit 800-jarige landgoed. Na de koffie en Powerpoint-presentatie kwamen we op plekken binnen de poorten van het grote landgoed (500 ha.), die normaal gesproken niet voor publiek toegankelijk zijn. Het is amper kort samen te vatten, maar laat ik een poging doen.
Onder een rij oude eiken zien we een grote border met onder andere Helleborus (stinkend nieskruid), Geranium ‘Rozanna’, Digitalis (vingerhoedskruid), Pulmonaria (longkruid) en vast heel veel stinzebolletjes, maar die laten zich pas in het vroege voorjaar zien! De vele zaailingen van de eiken worden 'geoogst’ en elders opgekweekt, zodat deze soort behouden blijft! Hoe mooi is dat!  
We zien ook zeer florissante Agapanthussen (Afrikaanse lelie) in kuipen. Prachtige planten, die velen van ons ook in de tuin hebben. Voor een uitbundige bloei adviseert Vincent ons om de planten niet óf kort naar binnen te halen in de winter. Op het landgoed gaan ze in februari alweer naar buiten. Deze tip nemen we zeker mee!
Aan de waterkanten zien we prachtige Gunnera's! Hier krijgen we het advies om de bladeren in het najaar af te knippen. Dek bij vorst de plant slechts even af met zijn eigen blad (ondersteboven). Na de vorst de bladeren direct verwijderen. Pas je deze methode toe, dan ontwikkelt de Gunnera groot blad en zakt niet in elkaar bij een nachtvorstje in het voorjaar. We zagen een veelheid aan beplanting: zowel bomen, heesters, vaste planten, fruitbomen, bollen en knollen en wat al niet meer. Zoals wellicht in je eigen tuin, gaat er hier achter vele planten een verhaal schuil.
Laat ik enkele voorbeelden noemen:

  • Op het gestutte mispelboompje (uit 1891 en geënt op een meidoorn) in de boomgaard zijn ze hier, gezien de vergevorderde leeftijd, heel zuinig. Het wordt stevig ondersteund met hout van het landgoed.
  • Hoewel we nog Buxus tegenkwamen hield ook hier de buxusmot huis. Vaak kiezen mensen voor Ilex crenata als vervanger, maar die heeft als nadeel dat de plant na verloop kaal wordt aan de onderkant.
  • De Taxushagen rondom de moestuin redden het niet vanwege de nattigheid de laatste jaren. Als vervanger werd voor Ligustrum (liguster) gekozen. In dit geval een goede vervanger, want deze kan tegen een stootje en vormt snel de maat van de voorganger.

De tuin heeft in 800 jaar uiteraard verschillende ontwikkelingen doorgemaakt, waarbij onder meer de smaak van de bewoners en de omstandigheden de aanpassingen bepaalden. Dat is dus eigenlijk vergelijkbaar met onze eigen tuinen.
Eigenaar Jan Hein van de Mortel was liefhebber van een pinetum. Na zijn overlijden in 2018 is deze naaldbomentuin aangepast en liet mevrouw Van de Mortel er onder meer een Davidia involucrata planten. De keuze viel op de zakdoekjesboom omdat de butler tijdens de uitvaart zijn baas met zijn witte pochetje uitzwaaide. Wat een prachtig eerbetoon!Ter afsluiting bewonderden we eén van de meest iconische bomen op het landgoed, genaamd 'Het Kroontje', deze is naar schatting rond 1525 geplant en wordt beschouwd als de dikste eik van Noord-Brabant! We besluiten met een applaus voor bevlogen tuinbaas Vincent, voor deze bijzonder geslaagde rondleiding!
Arianne Verhoeven

4E AVONDETAPPE: MONUMENTALE BOMENRONDLEIDING IN ZUIDERPARK EN LEIJPARK

door Joost Werkhoven op 28 augustus

Gewapend met een werkelijk uitgereikt aankomend hoveniersgetuigschrift van Joost zijn vader, weet de gids van vandaag ons te overtuigen van het bestaan van de oude voormalige gemeentewerf met gelukkig bewaard gebleven sortimentsborders met bijzondere bomen en struiken. Velen hebben zich daar tussen 2011 en 2016 voor ingezet. Resultaat de wijk is niet in die borders, maar gelukkigerwijs, op afstand daarvan gebouwd.
Zo’n 21 leden en twee niet-leden hebben zich verzameld nabij de Apennijnenweg in Stappegoor in de wijk Zuiderpark. De weergoden zijn ons, ondanks slechte weersvoorspellingen, goed gezind. We lopen in de nieuwbouwwijk naar een strook zeldzaam groen uit de vijftiger jaren. Hier deed men vroeger examen tot vakbekwaam Hovenier.
Joost legt als eerste een plattegrond op de grond om een indruk te krijgen van hoe het vroeger was. De eerste zeer zeldzame boom waar we meteen onder staan is een Japanse vleugelnoot. Direct hierna bevindt zich een Hopbeuk, om de leeftijd te schatten wordt de omtrek gemeten. De centimeter is stuk maar als twee personen de armen om de boom heen slaan levert een getal op van ±180 cm gedeeld door 2,5, komt uit ‘met een slag om de arm’ op 72 jaar.
De namen van Frater Silvius, als oud bestuurslid van Groei & Bloei en Dorus van Esch, chef plantsoenendienst, vallen nog even, zij zijn de oprichters van deze borders in 1950 en volgende jaren.
Na een korte wandeling toont Joost ons achtereenvolgens een zeer flinke hemelboom en een zeer zeldzame gele beuk Fagus sylvatica ‘Zlatia’, een geurende winterbloeiende struik winterzoet, Chimonanthus praecox en mogelijk Nederlands dikste Peacannoot.
Iets verderop buiten de collectie staan we voor twee flinke tulpenbomen, helaas nu niet meer in bloei, gelukkig behouden bij bouwplannen daar. Terug bij de collectie zien we de hangende kegels van een zeldzame Fagus sylvatica ‘Zlatia’ (Pinus wallichiana). We passeren nog een prachtige zeer zeldzame variëteit van een monumentale beuk.
Aan de Ringbaan Zuidzijde staat mogelijk een van de oudste zeer zeldzame struikberken van Nederland. In die border staan ook nog een zeldzame Magnolia en het zeer zeldzaam Geelhout (Cladrastis Kentukea), eerder al een keer van de kaplijst af gekomen. Tot slot komen we midden in de wijk uit bij de monumentale klimboom, een wijd vertakte Amberboom die in de herfst een prachtige bladertooi heeft.
De groep verplaatst zich in colonne, fietsend of met de auto naar het Leijpark. Vanwege het einde van de introductieweek van de studenten is er feest in het Leijpark met flink harde muziek waardoor de route wordt aangepast.

Leonard Springer is de ontwerper van het park. Er zijn wel zeven ontwerpen gepasseerd alvorens men in 1937 start met de aanleg. Springer is dan al 82 jaar. Hij overlijdt op 85 jarige leeftijd. Ook hier vinden we opvallende keuzes van inmiddels monumentale bomen zoals de zeer zeldzame Eikbladige Haagbeuk. Joost laat met dank aan Leonard Springer het opvallende verschil zien tussen het blad van de zeldzame Grijze Els naast de Zwarte Els.
We wandelen langs een berk waar een prieelberk was bedoeld en langs een flinke zeer zeldzame fraaie geelbladige Populier. Het Leijpark is best een vochtig gebied met de Leij als verzamelrivier. Verderop staan we stil bij wederom een zeer zeldzame Suikerberk Betula lenta. Tot slot wijst de gids ons nog op een Hongaarse Eik en de zeer zeldzame groenblijvende Eik. We sluiten de leerzame wandeling af en bedanken Joost met een attentie voor het huiswerk en de rondleiding. Voor de liefhebbers is er bij restaurant Zjuu nog tijd voor een gezellige nazit op het terras.  Cees van Abeelen

Ps: In het laatst verschenen tijdschrift Erfgoed Magazine Tilburg staat een artikel over deze borders. Mocht je eens even rond willen kijken op locatie neem dan gerust contact op met joostwerkhoven(at)outlook.com

VERSLAG BEZOEK AAN PLUKTUIN ’T HOOGEIND IN ESBEEK

zaterdag 5 juli

De belangstelling was erg groot, dus er waren vandaag twee groepen die een bezoek brachten aan de pluktuin van Corien Veron. Om 10.00 uur was de eerste groep aanwezig en om 12.30 uur de tweede. In totaal waren er 23 belangstellenden. Het was een prachtige dag met een zonnetje en wat wolken, de hitte van de dagen ervoor was gelukkig verdwenen. We begonnen heerlijk in de tuin met een kopje koffie/thee en genoten van de prachtige bloemen en grassen om ons heen. Corien begon haar verhaal met uitleg over hoe ze haar pluktuin heeft opgebouwd. Het oppervlak is verdeeld is smalle borders, voorzien van druppelslangen, zodat je aan alle kanten goed bij de bloemen kunt zonder in de border te stappen. Door de druppelslangen krijgen de planten van onder af water, dat is beter voor de bloemen. Een aantal borders staan haaks op de andere, wat een speels en afwisselend effect geeft. Om de planten goed de hoogte in te begeleiden is er in alle borders anjergaas aangebracht. In het begin was er het plan om de borders op kleur in te richten, maar de natuur kiest zelf ook wat waar groeit of gaat groeien, dus dat plan is losgelaten. Deze natuurlijk afwisseling in kleur gaf een heel mooi beeld.
Bij de start heeft ze de grond goed afgegraven en er een laag compost op aangebracht en ingewerkt. Tot verbazing van velen heeft ze daarna eigenlijk niets meer toegevoegd aan bemesting, hier werden wel wat vragen over gesteld. Wel voorziet ze de borders elk najaar van blad dat ze er in het voorjaar weer af haalt. Dat dit goed werkt was wel te zien aan de weelderige groei en bloei van alles dat er stond.
De keuze voor haar planten heeft als basis dat de bloemen/grassen geschikt moeten zijn om te worden verwerkt in boeketten en bloemstukken. Ze maakt namelijk bloemwerken voor iedere speciale gelegenheid en je kunt bij haar ook boeketten bestellen en workshops volgen. Na het verhaal over de opbouw van de tuin heeft Corine een demonstratie gegeven over het schikken van bloemen in een boeket en in een vaas.
Enkele belangrijke weetjes: pluk bloemen bij voorkeur in de ochtend, anders worden ze snel slap (dit trekt als je ze in de vaas zet ook wel weer bij). Werk met korte en lange stelen en verwijder alle blaadjes en zijtakken want die mogen niet in het water komen. Kies verschillende soorten en kleuren, dat is het mooist. Knip altijd de stengels nog een keer af als je thuis bent want de eindjes drogen heel snel in. Schuin afsnijden hoeft niet, gebruik wel een scherpe snoeischaar (dit is het handigst) of een scherp mes. Doe voldoende water in de vaas want bloemen hebben veel nodig. Zeker als ze net geplukt zijn.
Bij het steken van het boeket maak je een rondje van je hand, klem je de stengels met je duim vast en laat je de stengels dezelfde kant op wijzen. Je maakt als het ware een korenschoof. Je draait het boeket en dan leg je de volgende bloem bij. Wanneer je klaar bent doe je er een bindtouwtje om (dat is ook makkelijk bij het afsnijden). Dat bindtouwtje moet ruim onder de bovenrand van de vaas zitten, dus zover moet je het boeket inkorten.
Bij het schikken in de vaas bouw je een boeket van onder naar boven op. Je begint dus met de laagste bloemen. Eerst twee bloemen waarvan je de stengels laat kruisen en dan daarna twee bloemen kruislings er overheen. Zo maak je een raster waarmee je de andere bloemen beter kunt vastzetten. Als je maar een paar bloemen in een vaas wilt zetten kun je ook een raster maken van plakband dat je kruislings aanbrengt op de vaas. Daarna kun je de andere bloemen er in verwerken en het boeket verder opbouwen. Gebruik ook wat grassen en varieer in hoogte. Dat geeft lucht aan het boeket en laat bloemen tot hun recht komen.
Na deze demonstratie hebben we nog door de tuin gewandeld en was er gelegenheid om zelf een boeket te plukken. Dit kan trouwens de hele week in de pluktuin. Er waren heel wat vragen over de prachtige bloemen en er werden met de app veel foto’s genomen om de namen van bloemen en grassen te achterhalen en te bewaren. Inspiratie genoeg voor onze eigen tuinen. Het was een boeiend bezoek, we hebben genoten van de prachtige pluktuin. De uitnodiging van Corien om vaker langs te komen voor een boeket staat!  Thérèse Sparidaens

VERSLAG 3e AVONDETAPPE: BEDRIJFSBEZOEK VAN IERSEL COMPOST

dinsdag 10 juni

Met een groep van ongeveer veertig zeer geïnteresseerde Groei & Bloeiers werden we rondgeleid door Henk-Jan Westerhof, die veel vragen van ons te beantwoorden kreeg!
Na de ontvangst en bedrijfspresentatie hebben we het terrein bezocht, waar we verschillende fasen van compostverwerking hebben gezien. Compost maakt de bodem luchtiger en bevordert het bodemleven en dat is van grote invloed op de plantengroei.
We hoorden aantallen en hoeveelheden voorbijkomen die het voorstellingsvermogen te buiten gaan. Op locatie Biezenmortel wordt jaarlijks op 8 ha composteerterrein 80.000 ton groenafval ingenomen en 50.000 ton compostproducten geproduceerd met een team van 30 mensen. Groencompost wordt samengesteld uit openbaar groenafval, gras, blad en snoeiafval. Uit stedelijk gebied afkomstig groen moet gezuiverd worden van metaal, plastic en..., hoe treurig, ze zijn hier zelfs al eens een fiets tegengekomen. GFT (groente-, fruit- en tuinafval) wordt niet verwerkt in deze ‘openluchtfabriek’. Het is voor te stellen dat dat te veel stank zou geven.
Een belangrijk onderdeel van het composteringsproces is de hygiënisatie. Door beluchting loopt de temperatuur op tot tussen 65 en 75 graden, waardoor ziektekiemen, onkruiden en invasieve soorten worden vernietigd. Dit proces zorgt ervoor dat het eindproduct veilig kan worden gebruikt als meststof of bodemverbeteraar. Het hele proces, inclusief hygiënisatie en rijping, neemt minimaal acht weken in beslag. Dit resultaat is moeilijk te bereiken met je eigen composthoop. De laatste stap in het proces is de affinage. Dat is het opschonen en zeven in verschillende fracties, ofwel fijnheden. Enkele wetenswaardigheden:

  • Per hectare leven onder andere 4000 kg regenwormen, 10.080 kg bacteriën en 10.000 kg schimmels en ongeveer 1 kg mol
  • De helft van de afzet van dit familiebedrijf gaat naar de potgrondindustrie
  • Van Iersel levert allerlei compostproducten aan huis (los gestort of in een big bag), maar klanten kunnen het ook zelf ophalen tijdens de reguliere openingstijden. Het gebruik van een aanhanger wordt aanbevolen.

https://www.van-iersel.eu/  Arianne Verhoeven

VERSLAG 2e AVONDETAPPE: TUINBEZOEK BREDASEWEG

dinsdag 3 juni

Kijkend naar een zwart/wit foto wanen we ons even terug in de tijd. We hebben het dan over 1954. We staan op dit moment in de prachtige tuin van onze gastvrouw en gastheer Marjolein en Hans aan de Bredaseweg. Met 25 belangstellende leden luisteren wij naar Hans die de geschiedenis van deze tuin maar al te goed kent, het is namelijk zijn ouderlijk huis. Voor 1954 was het gebied tot aan de kerk op de Ringbaan West één open vlakte waar destijds Circus Krone zijn tent opzette. In die tijd was de tuin ingericht met buxusborders, wat groente en fruit en een lang tegelpad naar een trapje. In het achterste gedeelte staan een aantal fruitbomen welke Hans nog samen met zijn vader heeft geplant.
Na de koffie en de thee wandelen we allereerst naar de voorzijde van de tuin. Zowel links als rechts, maar ook in de voortuin zien we flink gevulde borders. De seringstruik is zo sterk geurend dat voorbijgangers vrijwel altijd even stil blijven staan om ervan te genieten. Bij de tweede ronde wordt de snoeischaar dan ook erbij gehaald om voor enkele liefhebbers een takje te scoren om te stekken.
In het achterste gedeelte van de tuin staan bessenstruiken tegen de afscheiding, een perenboom van wel 70 jaar oud, een Moerbeiboom een moerbeiboom met vruchten waar je jam van kunt maken en de Kweepeer. Teruglopend naar voren zien we de Notarisappelboom, een oud ras. Ook staan er perzikbomen en prunusbomen. Zelfs een manderijnstruikje ontbreekt niet. Ieder van ons geniet van zo’n variëteit aan fruitbomen.Sommige bomen hebben wel wat last van luis of ander ongedierte, maar Hans en Marjolein zijn niet van het toepassen van speciale middelen. Hier en daar worden tips uitgewisseld en leert men van ervaringsdeskundigen.
Tot slot worden aan de staantafels nog flink wat tuinfotoboeken doorgebladerd welke door de jaren heen zijn gemaakt. Bijzonder om te zien hoe de tuin is veranderd maar toch ook weer zijn oorspronkelijke indeling grotendeels heeft behouden. Marjolein en Hans worden na de rondleiding namens de vereniging bedankt met een klein presentje voor het open stellen van de tuin en hun gastvrijheid.   Cees van Abeelen

VERSLAG 1E AVONDETAPPE: OP BEZOEK BIJ DE IMKER

woensdag 21 mei

De Reeshof telt zo’n 50.000 inwoners, gelijk aan het aantal bijen van één volk dat we tegenkomen in de achtertuin bij Berry en Monique Jansen in de Reeshof. Op deze droge maar nog wat frisse lenteavond druppelen zo’n 16 leden en geïnteresseerden via de poort naar binnen en zien een uitstalling van zowat alle materialen waar een imker mee werkt, inclusief de bijenkast met zijn volk. Eerder dit jaar, in januari, heeft Berry al een lezing voor ons gehouden.
We worden meer dan vriendelijk ontvangen in de serre met koffie of thee met zelfgebakken honingcake. Dit zorgt meteen voor een gezellige sfeer.
Berry legt ons eerst nog in ‘bijenvlucht’ de cyclus uit hoe een bijenvolk zich ontwikkelt. We spreken over de koningin, werksters en darren. Een koningin kan wel 2000 tot 3000 eitjes leggen, waar na drie dagen al een larfje is te zien en na 6 dagen een pop die vervolgens na 12 dagen is volgroeid. Op een volk is altijd slechts één koningin.
Hierna gaan we in twee groepjes verder. Monique verteld in een bijgebouw achter de garage alles over het verzamelen van de honing tot het slingeren toe. Berry vertelt aan de andere deelnemers enthousiast over alle materialen welke een imker gebruikt en in de tuin staan opgesteld. Zo kijken we naar een soort vitrinekast met daarin duizenden bijen achter glas op een honingraat. Er wordt gezocht naar de koningin, maar ze zit blijkbaar ergens verstopt.
Zo is er ook een zonnewassmelter om in de zomer alle honingraten weer schoon te krijgen. Berry heeft zelf een systeem ontworpen met grote emmers met kleine gaatjes in de bodem om de grote hoeveelheid suikerwater als bijvoeding in op te slaan, zodat er niet dagelijks opnieuw bevoorraad hoeft te worden. Vóór 13 september wordt er per volk zo’n 17 kg suiker opgelost in water aangeboden, om er voor te zorgen dat ze goed de winter door kunnen komen.
Na het wisselen van de twee groepen wordt een honingraat zichtbaar voor ons geslingerd in de elektrische centrifuge en de honing opgevangen in potjes. In de huiskamer wordt de honing door ons allen geproefd en is het zelfs mogelijk om het suikergehalte te meten met een refractometer. Ook het keuren van de honingdrank wordt zeer op prijs gesteld. Tot slot trekt Berry zijn gehele imker outfit aan inclusief de rookpijp en laat ons, terwijl wij op enige afstand staan, de binnenkant van de bijenkast zien met alle honingraten en broedplaten. Een indrukwekkend geheel. Onder dankzegging voor al het voorbereidende werk en de ontvangst, wordt een kleine attentie voor Berry en Monique overhandigd en sluiten we de zeer boeiende avond af.
Op 12 en 13 juli hebben de Landelijke Open Imkerijdagen plaatsgevonden. Kijk voor locaties naar de website: https://www.bijenhouders.nl/bijen-houden/landelijke-open-imkerijdagen/      Cees van Abeelen

LEZING: WAT EET ER VAN MIJN PLANT?

Op 15 april

Op dinsdagavond 15 april luisterden we met veel interesse naar bioloog Kees Boele. Met veel kennis én passie vertelde hij over talloze belagers die graag van ‘onze’ planten eten.
Van zwarte bonenluis en taxuskever hadden we eerder gehoord. Maar de groene struiksnuittor, dennenlotmot, kniptor, bokkenrover, bloedblaarluis, schorpioenvlieg, rhododendroncycade, het sneeuwbalhaantje en –niet te vergeten- de geelsnuiteikenkevermot... waren zowat allemaal nieuw voor de toehoorders. We lopen voortaan met een andere blik door onze planten-... eh... dierentuin.
En wat doe je met de beestjes die iets te veel van jouw geliefde plantjes eten? Misschien een bierval voor slakken, of sproeien met grootmoeders mengsel van water met wat spiritus en groene zeep of een ecologisch middel? Liever nog: leven en laten leven in een bio diverse tuin!
De aanwezigen kregen allemaal een biologisch zadenmengsel mee met daarop punt 10 van het Groei & Bloei 10-puntenplan: Maak je tuin eetbaar voor iedereen. En dat sloot naadloos aan bij de inhoud van deze boeiende presentatie!
Kees Boele nodigt Groei & Bloeiers van harte uit om eens een kijkje te komen nemen (op afspraak!) in zijn Collectietuin De Regenboog op landgoed De Stille Wille. Voor meer info: https://tuinderegenboog.nl.   Arianne Verhoeven

VERSLAG LEZING: UW VOORTUIN EEN PLAATJE?

DOOR ARIANNE VERHOEVEN, 12 MAART

De belangstelling was groot deze avond in maart. Er waren maar liefst 55 belangstellenden, waaronder 15 niet-leden, naar Sociaal Cultureel Centrum De Schalm in Berkel-Enschot gekomen om het verhaal van Arianne te horen. Het was een hele interessante avond waarin Arianne ons meenam in wat er komt kijken bij het aantrekkelijk maken van de voortuin. De foto’s met voorbeelden van hoe het wel en vooral ook hoe het beter niet kan, maakten dat je ook meteen goed kon zien wat de effecten zijn van beslissingen die je neemt bij de inrichting van de tuin. De voortuin heeft tegenwoordig een andere functie gekregen: het is meestal een mooie blikvanger. Dat maakt het ontwerp best lastig maar met de tips en ideeën van deze avond kan iedereen aan de slag.
Belangrijke vraag vanavond was: word je blij van je voortuin? Als dat niet zo is, zijn er heel wat zaken die meehelpen om de inrichting te verbeteren.
Stapsgewijs nam Arianne ons mee in het proces van het (her)inrichten van de voortuin. Een goed ontwerp start bij het maken van gerichte keuzes. Wat moet de functie zijn (wat zijn de wensen/eisen) van de tuin en hoe past die bij het huis en de omgeving. Hoeveel privacy moet de tuin bieden? Wat wil je dat je uitzicht wordt en wat wil je dat anderen zien?
Daarna komt de stap van de inventarisatie. Kijk wat je wilt behouden of hergebruiken. Maak een vlekkenplan met daarin o.a. de beste route naar de voordeur. De foto’s lieten zien dat daarvoor niet altijd een handige keuze word gemaakt. Begin met een goede ondergrond, de beplanting komt als allerlaatste aan de beurt. Hou ook rekening met de plaats van de auto/fiets/container en of en hoe je die kunt verbergen.
Wil je misschien een zitje in de voortuin en maak een keuze voor de soort verharding (vooral niet teveel stenen gebruiken). De tuin wordt gemaakt door de planten die erin staan en niet door het type tegel dat er ligt.
Besef dat ook de omgeving mee doet bij de inrichting van je tuin. Kijk daarom bij de keuze voor verlichting naar wat er nodig is voor de veiligheid en oriëntatie en gebruik als het kan wat richtspots.
Heel veel planten doen het goed in het Nederlandse klimaat. Let bij de keuze van de planten op de sierwaarde (blad, contrast) en wees royaal met het gebruik van wintergroene planten. Dat maakt dat de tuin er elk seizoen mooi uit ziet. Elke tuin verdient een boompje (klein of groot). Hou er wel rekening mee dat kleine bomen vaak groter worden.
Heel belangrijk is om rekening te houden met hoeveel tijd je aan de tuin wilt besteden. Pas hierop de inrichting aan. Voor wanneer je niet veel ruimte hebt liet Arianne ook nog wat ideeën zien over verticaal tuinieren. Als je de gevel bij je tuin betrekt voeg je een hele andere dimensie toe, wat een andere beleving van de tuin oplevert.
Het was een ontzettend interessante en leerzame avond. Vol inspiratie en misschien ook nieuwe plannen gingen we naar huis. Het is prachtig voorjaarsweer, dus met het opfleuren van je voortuin kun je meteen aan de slag. Het zou leuk zijn om reactie (foto’s) terug te krijgen van leden die de tips en ideeën in de praktijk hebben gebracht. 
Thérèse Sparidaens

DE ALGEMENE LEDEN VERGADERING VAN 2025

TERUGKIJKEN, VOORUITBLIKKEN, AFSCHEID NEMEN EN VERWELKOMEN

Het ligt alweer enkele maanden achter ons: de Algemene Ledenvergadering van onze afdeling. Dit jaar zagen we elkaar op zaterdag 22 februari in Udenhout, locatie ´t Plein. Naast de gebruikelijke vaste punten – notulen van 2024, jaarverslagen van secretaris en penningmeester en dechargering door de kascommissie – dank aan Christine van de Sande en Jacqueline Bushoff - van de penningmeester, bleek de begroting van 2025 een punt van bespreking. Dat had niets te maken met onverantwoord beleid van het bestuur maar alles met een oekaze vanuit het Landelijk Bureau: in oktober 2024 werd daar besloten de jaarlijkse financiële bijdrage aan alle afdelingen voor 2025 te schrappen. Voor onze afdeling betekent dit dat we tenminste 2500 euro minder te besteden hebben voor de activiteiten. Op dat moment echter had de programmacommissie al allerlei afspraken voor het komende jaar vastgelegd. Een en ander betekent dat we in 2025 in elk geval geen busreis organiseren en zeker 3000 euro moeten interen op ons spaartegoed.
De vergadering sprak over dit voldongen feit het ongenoegen uit en verzocht het bestuur het Landelijk Bureau hiervan op de hoogte te brengen, hetgeen inmiddels is gebeurd.
Arianne Verhoeven had een sprankelende PowerPoint gemaakt van het jaarprogramma 2025 die door Thérèse Sparidaens werd toegelicht. Een veelzijdig programma met nieuwe initiatieven als ´De avondetappe´: activiteiten op de zomeravond.
Met 27 leden was de opkomst iets minder groot dan in 2024, wat jammer was omdat we in deze vergadering afscheid namen van Kitty Kolen-Megens. Zij heeft de Afdeling Groei & Bloei Tilburg e.o. meer dan 8 jaar als voorzitter inspirerend en met grote inzet en professionaliteit geleid. Thérèse roemde deze eigenschappen en dankte haar voor haar vele werk voor de afdeling. Unaniem koos de vergadering Anja van Gils als nieuwe voorzitter. Kitty reikte haar de voorzittershamer - een cadeau van het Landelijk Bureau bij het 60- jarig bestaan van onze afdeling – over waarmee de voorzitterswisseling een feit was.
Dank Kitty, ook vanaf deze plek, voor zoveel inzet en inspiratie. Welkom Anja, veel succes gewenst bij het bestuurswerk voor onze afdeling.
Na een korte pauze was het woord aan Katja Staring – freelance medewerkster voor het tijdschrift Groei en Bloei - die ons in krap een half uur vertelde over ´Slow Flowers´. Zij wisselde vooral gegevens uit over initiatiefnemers en adressen waar we terecht zouden kunnen voor verantwoord gekweekte bloemen. Weliswaar handig, maar toch hadden we wat meer en uitgebreider informatie gehad over het wel en wee van ´Slow Flowering´.
Na afloop was er gelegenheid om nog na te praten met elkaar, maar vooral ook om leden de gelegenheid te geven persoonlijk afscheid te nemen van Kitty.  Marion Corvers, secretaris

WINTERWANDELING IN DE LOONSE- EN DRUNENSE DUINEN

8 februari

‘Een prachtig panoramisch beeld’, dat is wat de 20 deelnemers aan de wandeling op 8 februari in de Loonse en Drunense Duinen vrijwel als eerste zagen op deze onverwachte zonnige zaterdagmiddag. Water, water en nog eens water in een gebied wat beter bekend staat als de ‘Brabantse Sahara’. Zo nat als de duinen nu zijn is dit in jaren niet voorgekomen, aldus Lex Querelle, onze boswachter.
Kort voor dit moment stonden we nog even stil bij het herdenkingsmonument van de 14 gefusilleerde verzetsstrijders op 26 mei 1944 waarvan de graven nooit meer zijn gevonden.Voor het ontstaan van de duinen moeten we terug naar de 1e en 2e ijstijd. Het gebied van Vlaanderen tot Polen was toen één grote zandvlakte. In 1850 was er nog 1500 hectare over en nu beslaat het gebied nog zo’n 300 hectare. Rond 1997 kwam er een einde aan de militaire oefeningen in de duinen en werd het in 2002 een Nationaal Park.
Lex neemt ons verder mee op pad door het losse zand en weet ons op de knieën te krijgen voor het rendiermos, haarmos, bekertjesmos, varkenspootje, buntgras en het grijs kronkelsteeltjesmos, allemaal bodembedekkers met hun eigen (vaak nadelige) functie en kenmerken in dit gebied. Na een flinke klim bevinden we ons op de Sint Jansberg en staan we boven op het kroondak van een ingestoven eik die zo’n 400 tot 500 jaar oud is. Door telkens opnieuw wortels van knoppen te maken blijft de eik groeien en komt zo boven het zand uit.
De Amerikaanse eik, een exoot, vroeger in grote aantallen aangeplant, wordt nu drastisch verwijderd uit het landschap omdat deze zich makkelijk voortplant en geen last heeft van ziektes en andere belagers. Door deze exoot neemt de verzuring enorm toe. Het doel is om meer variatie in de begroeiing te krijgen. Voor het open houden van het landschap is er regelmatig een schaapskudde aan het grazen om de groei van het pijpenstrootje tegen te gaan en de heide meer kans te geven.
Op het verste punt van onze wandeling staan we voor een flinke inheemse eik van meer dan 400 jaar oud. Deze boom is niet onder gestoven vanwege de omliggende hogere zandverstuivingen. Tien jaar geleden is deze eik, vanwege de arme grond, extra vertroeteld met mineralen en durft Lex te zeggen dat de boom ervan opknapt, mede onderbouwd door infrarood onderzoek. Tijdens de terugweg weet de boswachter ons nog enkele positieve observaties te melden over dit kwetsbare gebied. De nachtzwaluw telt inmiddels zo’n 70 broedparen en de rugstreeppad is op tal van plaatsen weer gezien evenals de groene boomkikker.
Het was meer dan de moeite waard om rondgeleid te worden door een deskundige in dit mooie Nationale Park wat bij ons vlak om de hoek ligt. Tijdens de nazit bij Bosch en Duin, kon iedereen nog even nagenieten van een drankje en wat lekkers en werd de middag afgesloten.  Cees van Abeelen

LEZING OVER HET IMKEREN OP 15 JANUARI

De eerste activiteit van 2025 kon vanwege ziekte van Jasker Kamp, de hoofdredacteur van het tijdschrift Groei & Bloei, niet doorgaan. Hij zou een masterclass geven over het maken van het magazine.  Dit zal later opnieuw worden ingepland.
Zonder enige aarzeling was Berry Jansen, lid van onze vereniging, bereid om een lezing te geven over imkeren. Samen met zijn vrouw Monique zijn zij al vele jaren actief met deze hobby. Berry volgde hiervoor de nodige cursussen. Van beginnerscursus tot honingkeurmeester en zelfs een KI (kunstmatige inseminatie) cursus. Ook was hij een aantal jaren voorzitter van de NBV (Nederlandse Bijenhouders Vereniging).
We spreken bij bijen, wespen en hommels over de vliesvleugeligen. Van de bestuivende insecten zijn er bij de solitaire bijen wel 330 soorten bekend en van hommels zo’n 20.
De honingbij is een sociale bij en leeft in grote kolonies met een koningin, werksters en darren. De koningin is dubbel zo groot als de werksters. De solitaire bij zien we in onze tuinen in insectenhotels en andere verschuilplaatsen. De honingbij is bloemvast en ze vliegen massaal. In een straal van drie km vinden de bijen het stuifmeel en nectar. Voor één eetlepel honing bezoekt een bij wel 3000 bloemen.
Vroeger was imkeren een bedrijfstak, maar nu zijn er nog slechts een of twee beroepsmatige imkers. Het imkeren gebeurt nu voornamelijk in kasten. Deze zijn makkelijk verplaatsbaar en het volk is zo beter te observeren. Zo is het ook makkelijker om de honing te oogsten. Bij het openen van de kast wordt meestal rook gebruikt om de bijen af te leiden zodat ze niet steken.
Berry laat de verschillende leefstadia zien van de honingbij. Naarmate het volk groeit legt de koningin meer eitjes. Een drie dagen oud eitje van de werkster, dar en koningin is na zes dagen al een larf. De werkster kan in de zomer ongeveer zes weken oud worden terwijl de koningin wel een leeftijd van vijf jaar kan bereiken. Een dar zal niet ouder worden dan begin september. De taken zijn goed verdeeld bij het bijenvolk. De een geeft de larven te eten de ander poetst de broedcellen, weer anderen verdedigen de kast of korf tegen indringers. De haalbijen halen de nectar en sommige werkbijen verzorgen de koningin.
Maar er dreigt ook gevaar voor de bijenvolken met allerlei ziektes waaronder de varroamijt en wel 23 virussoorten. Andere bedreigingen zijn de Aziatische hoornaar en het gebruik van biociden. Om alles nog beter te begrijpen laat Berry ons nog een drietal filmpjes zien over honing, het leven van de honingbij en het slingeren van de honing. Tegenwoordig moet een imker ook voldoen aan de Honingwet, dat wil zeggen dat herleidbaar moet zijn wat er in zit zoals de suikerwaarde en de houdbaarheid. Dit alles maakt honing ook weer duurder. Het allerbelangrijkste is dat we ons realiseren dat de bij onmisbaar is in de natuur voor de biodiversiteit.
Onder dankzegging ontvangen Berry en Monique namens het bestuur nog een voorjaarsmand met bloembolletjes. We sluiten de avond af met een gezellige nazit met een drankje en een hapje vanwege het nieuwe jaar.
Cees van Abeelen